Skip to main content

CAO reisbranche - vakantie

In de CAO voor de reisbranche is het onderstaande afgesproken over vakantie:

Artikel 17 Vakantie

  1. De normale vakantie per jaar bedraagt:
    1. 24 dagen;
    2. in afwijking van het gestelde onder sub a, bedraagt de vakantie per jaar bij een onafgebroken dienstverband van ten minste 5 volle jaren binnen de reisbranche bij het bereiken in het lopende vakantiejaar van de leeftijd van:
      • 45 jaar: 25 dagen
      • 50 jaar: 26 dagen;
      • 55 jaar: 27 dagen.
  2. Zowel ingeval het dienstverband nog geen vol jaar heeft geduurd als in geval in het jaar sprake is van een dienstverband voor minder dan de normale arbeidsduur als bedoeld in artikel 9, wordt de vakantie aan de werknemer naar evenredigheid berekend. Een deeltijdwerker bouwt ook vakantierechten op gedurende de uren dat betrokkene meer werkt dan de overeengekomen arbeidstijd, tenzij er sprake is van overwerk.
  3. Het vakantiejaar is gelijk aan een kalenderjaar, tenzij in overleg met de OR of het personeel een andere periode wordt vastgesteld. De werkgever geeft nadere regelingen voor het opnemen van de vakantie. De werkgever stelt de tijdstippen van aanvang en einde van de vakantie vast na overleg met de werknemer. De door de werkgever vastgestelde aaneengesloten vakantieperiode dient zo veel mogelijk aan te vangen tussen 30 april en 1 oktober.
  4. Per vakantiejaar heeft de werknemer het recht om ten minste 3 weken aaneengesloten vakantie op te nemen. De werkgever heeft het recht om te bepalen, dat een werknemer ten minste 2 weken aaneengesloten vakantie per vakantiejaar opneemt.
  5. Wat betreft de vervaltermijn van vakantiedagen wordt de wettelijke regeling aangehouden.
  6. De werkgever heeft het recht om 1 vakantiedag per jaar als verplichte vakantiedag aan te wijzen.
  7. De werkgever zal zoveel mogelijk tegemoetkomen aan verzoeken van individuele werknemers om op een voor hen bijzondere feestdag (een religieuze feestdag) een snipperdag te mogen opnemen.
  8. De werknemer heeft het recht om de per kalenderjaar toegekende bovenwettelijke vakantiedagen te benutten conform artikel 8c van deze CAO.

 

Artikel 19 Vakantiedagen en einde dienstverband

  1. Bij beëindiging van het dienstverband zullen eventueel te veel of te weinig genoten vakantiedagen worden verrekend.
  2. Tijdens de opzeggingstermijn heeft de werknemer het recht, bij toereikend saldo, om 50% van zijn vakantiedagen op te nemen, met een maximum van twee weken. Dit recht kan beperkt worden door de werkgever uitsluitend in geval van gewichtige redenen ter voorkoming van plotselinge personele onderbezetting in de onderneming.

 

Deze informatie is gebaseerd op de CAO voor de reisbranche 2013 - 2015. Het kan zijn dat er ondertussen een nieuwe CAO is overeengekomen. In dat geval dient de CAO tekst van de nieuwste CAO aangehouden te worden. Deze informatie is een verkorte weergave van de bepalingen uit de CAO. Voor de volledige afspraken dient de CAO geraadpleegd te worden. 

Terug naar de pagina van de CAO reisbranche

 

Drogisterij